Even leek het erop dat Turkije zou overwegen zich na de bemiddeling bij de Oekraïense graanexport ook een Syrische vredespluim op hun fez te willen steken, nl. i.v.m. de terroristenenclave Idlib. Turks buitenminister, Mevlut Cavusoglu, liet immers in niet te misverstane woorden horen dat het tijd was dat er een soort definitieve wapenstilstand, als voorbode van een vredesakkoord, komt tussen de Syrische regering en de terroristenenclave Idlib, die gesteund wordt door Turkije. Bovendien zou de Turkse regering dit kunnen aangrijpen om eindelijk van de miljoenen Syrische vluchtelingen af te geraken. Waarover straks meer.
Tegelijkertijd – én dit is niet in tegenspraak met het bovengenoemde, dreigt Turkije ermee nogmaals in de noordelijke grensstreek door te stoten om de Koerden naar het zuiden te verdrijven. Als we stellen dat dit niet in tegenspraak is, dan bedoelen we ermee dat a) er plaats gemaakt wordt voor de Syriërs, die veel te lang volgens de zin van de Turkse politici, zich neergelaten hebben in Turkije. Hoe benarder de economische situatie in Turkije, hoe groter de kritiek, hoe meer het volk mort over de aanwezigheid der Syriërs. Ze zien in hen concurrentie voor hun job – dikwijls werken zij zwart, onder de normale tarieven, en betalen geen belastingen zodat ze netto meer over houden dan een officieel wit-werkende Turk. b) Hoe meer de Koerden naar het zuiden verdreven worden, hoe eerder de kans dat ze bij de Syrische regering zullen aankloppen voor hulp, waarmee de hereniging der Koerden en het Syrische grondgebied een stapje dichterbij komt en de Rojavadroom minder kansen maakt, vermits de Koerden dan zoals vanouds een, weliswaar belangrijke , minderheid in de Syrische Republiek worden. Dat hun grote beschermheer, de VSA, hen gewapenderhand zal bijstaan, tégen Turkije, dat gelooft niemand. De VSA laten hun hedendaagse oorlogen uitvechten door anderen; zij stoken de boel op, leveren wapens, stelen wat niet te zwaar of te heet is, en laten de boel ontploffen.
Keren we terug naar het opgelaten vliegertje van Mevlut Cavusoglu, die bekend maakte dat hij verleden jaar, in de maand oktober, in de Servische hoofdstad Belgrado een ontmoeting had gehad met de Syrische buitenminister Faisal Mekdad, waarbij de nood aan een soort wapenstilstandsakkoord met de “rebellen” in Idlib en de Syrische regering geuit werd. Cavusoglu benadrukte dat hij de Syrische territoriale integriteit respecteerde, omdat het als buurland sowieso betrokken partij was bij “de integriteit der grenzen, van het grondgebied en de vrede”. Tja… in hoever kan je een land vertrouwen dat een gedeelte van het noordelijk Syrisch grondgebied bezet, zgz. om de veiligheid zeker te stellen? Let wel, de veiligheid van Turkije, niet van Syrië.
Berichtgeving uit Koerdisch gebied:
Turkish troops, Kurdish fighters exchange heavy shelling in Syria’s Kobane
Een Turkse pro-regeringskrant (… zijn er nog andere?) wist zelfs te vertellen dat Assad en Erdogan wel eens met elkaar een telefoontje zouden kunnen houden – nadat Poetin tijdens zijn onderhoud met Erdogan in Sochi hiervoor de aanzet gaf. Cavusoglu ontkende.
Sinds 2017 komen Turkije, Iran en Rusland regelmatig samen tijdens de Astana vergaderingen om de situatie in Syrië te doen ontmijnen. De Astana afspraak was dat de terroristen zich zouden terugtrekken naar het noorden zodat de twee autobanen, de M4 (west-oost) en M5 (noord-zuid), weer volop konden gebruikt worden voor burgerverkeer zonder de kans dat ze in schietpartijen of bomaanslagen zouden terecht komen, een gedemilitariseerde zone van 15 à 20 km., 6 km ten noorden en 6 km ten zuiden van de M4, gezamenlijke Russisch-Turkse patrouilles. Waar het Syrische leger er na verloop van tijd in slaagde de noord-zuid verbinding, de M5, Damascus-Aleppo, te bevrijden, is men er voor de M4 nooit in geslaagd. Rusland kon aandringen zoveel het wou, Turkije liet de beloftes gewoon in de steek, wou niet nog meer last met de terroristen en steunde ze ongegeneerd verder. (afbeelding 2020)
Lees verder