Een verslag uit Syrië, zonder poco bril

Goede Vrienden,

De meerderheid van de bevolking schijnt het corona beleid (voorlopig nog) te aanvaarden en te willen volgen. Als er een crisis is, moet iedereen eensgezind de maatregelen volgen, die door de regering, gesteund door experten, worden voorgeschreven.  Daarover is iedereen het eens.

Er groeit echter steeds meer onenigheid over de beoordeling van deze crisis en over de geschiktheid van de opgelegde maatregelen. De covid 19 wordt door vele wetenschappers als een soort seizoengriep beoordeeld, die door valse cijfers werd opgeklopt. En een lockdown is duidelijk een zware blunder op opvoedkundig, medisch, psychologisch, sociaal en economisch gebied. Zo wordt veel meer ellende, ziektes, wanhoop, zelfdodingen en sterfte veroorzaakt dan deze virus kan doen. Over de mondmaskers en het afstand houden zijn inmiddels ook al voldoende studies van onafhankelijke wetenschappers, die de noodzaak daarvan sterk betwisten.

Verder kan de belangenvermenging van regeringsleden en experten niet meer ontkend worden wanneer onze Belgische eerste minister en minstens vijf van zijn excellenties samen met de vier altijd opnieuw opgevoerde experten (die we hof-astrologen noemen)  allen  verbonden zijn met één en dezelfde organisatie: Bill & Melinda Gates Foundation, waarvan het hoofd overigens geen enkele medische bevoegdheid heeft, terwijl hij het hele gezondheidsbeleid bepaalt. (Zie: nieuwsbrief Tegenstroom: Wiens brood men eet) . En hierdoor wordt het oordeel van onafhankelijke wetenschappers uitgesloten en de wetenschappers zelf niet zelden onrechtvaardig gestraft.

De kloof tussen het door onze politici en media voorgehouden verhaal en de onafhankelijke wetenschap is nog groter wanneer het gaat over massale vaccinatie. De algemene opinie is zo vertroebeld dat noch in de politieke arena, noch in de media de belangrijkste vraag niet kan gesteld worden: zijn deze vaccins veilig, efficiënt en moreel verantwoord? In een opgeklopte propaganda gaat het enkel over wie eerst hiervan mag “genieten”!

Vooreerst toont de wetenschap aan dat het niet eens over een vaccin gaat, maar eigenlijk over een nieuwe, genetische therapie, een medisch experiment met ongekende gevolgen op korte en vooral op lange termijn. Het Noors Agentschap voor medicamenten heeft wel degelijk gesteld dat de 29 (ouderen) doden (op 15 januari) verband houden met het vaccin. En omdat de gevolgen onbekend zijn hebben de farmaceutische bedrijven vooraf al vrijstelling van iedere aansprakelijkheid gevraagd én gekregen! De beste specialisten wereldwijd waarschuwen eensgezind dat massale vaccinatie hiermee totaal onverantwoord en roekeloos is. Belgische artsen hebben hun collega’s er aan herinnerd dat dit medisch experiment van vaccinatie valt onder de Code van Neurenberg (1947), die eist dat mensen vooraf goed geïnformeerd zijn en vrij hun toestemming moeten geven en dat een arts, op grond van de eed van Hippocrates, in geen enkel geval kan gedwongen worden hieraan mee te werken (www.docs4opendebate.be).

Tenslotte is er nog het morele aspect van deze vaccins, waarin cellijnen van geaborteerde baby’s verwerkt  zijn. Al wordt dit door de media weggewuifd, een expert, Pamela Acker, onthult de gruwelijke wijze waarop dit gebeurt (a-hill-worth-dying-on-expert-explains-how-aborted-baby-cells-taint-covid-vaccines).

En een vrouw die zelf een abortus overleefde, schrijft nu hierover een bewogen brief. De band tussen een vaccin en abortus is voor haar ondraaglijk. Door dergelijke vaccins te aanvaarden werkt men, hoe dan ook, mee aan de verschrikkelijkste van alle misdaden. Terwijl er in 2020 ongeveer 1,8 miljoen mensen stierven aan covid 19, werden in dat jaar 42,6 miljoen kinderen in de moederschoot gedood. Deze gruwel overtreft de massamoorden van de twee wereldoorlogen uit de 20e eeuw, niet alleen in aantal maar ook in barbaarsheid. De ledematen van het kindje worden uitgerukt, het hoofdje wordt verpletterd, ofwel wordt het kind verbrand of vergiftigd of het komt levend ter wereld en men laat het sterven als een dier. En hierbij komt dan nog de afschuwelijke orgaanhandel. Kinderen in de moederschoot, al zijn ze vlak voor hun geboorte, worden niet als menselijke wezens beschouwd maar hun organen, die levend en zonder verdoving worden weggenomen, zijn in de winstgevende orgaanhandel  wel “menselijke” organen. Het is niets minder dan de voortzetting van de weerzinwekkende kinderoffers die aan Moloch gebracht werden in de vallei van Gehenna, ten Zuiden van Jeruzalem en waarvoor Leviticus 20, 1-5 de strengste straffen oplegt als rechtstreekse aanslag op de heiligheid van God zelf, prachtig uitgedrukt in psalm 139, 13-14: “Want wat er in mij is hebt Gij geschapen, Gij hebt mij als een weefsel in de moederschoot gevormd. Ik dank U voor het wonder van mijn  leven, voor alle wonderwerken die Gij hebt gemaakt” (Jeanne Smits: Les enfants à naître ne sont pas considérés comme humains pour avoir le droit à la vie, mais ils sont traités comme humains pour leurs organes…)

Foster: bible pictures 1897: offerande aan Moloch

Corona, lockdown, massale vaccinatie… het lijken steeds meer slechts onderdelen van één grote strijd van de oude Baälcultus met de mensenoffers voor Moloch, de strijd van satan die de waarheid, de waardigheid en het geluk van de mensen wil vernietigen, een strijd tegen het Rijk Gods in Christus en Maria, dat als enige ons verlost van alle kwaad en het ware geluk geeft. Is het uiteindelijk de “maffia van Khazar”, toegewijd aan deze cultus van Baäl die de hele wereld tracht te regeren?

*******

We vertellen iets over het liturgisch feest van “de ontmoeting”. We geven een tweede deel over het uitzonderlijke levensgetuigenis van Jérôme Lejeune: “Een stem voor de stemlozen” (II). We vervolgen met:wijsheid uit de woestijn: de naastenliefde” (4) van de heilige Dorotheus van Gaza en in En dit nog krijg je o.m. een massa wetenschappelijke en kritische info over vaccins en vaccinatie (die helaas in de media totaal ontbreekt) en over andere belangrijke onderwerpen.

P. Daniel

De “ontmoeting

Op dinsdag 2 februari vierden we het feest van “O.L. Vrouw Lichtmis”* of de “Opdracht van de Heer” in de tempel, dat de kerstkring definitief afsluit. Het is oorspronkelijk “de zuivering” van Maria, die haar Eerstgeborene ter wereld bracht (volgens Exodus 13, 2 en Leviticus 12, 6). Hoewel noch Maria noch Jezus deze zuivering 40 dagen na de geboorte, nodig hebben, willen zij onder de Wet staan om deze tot vervulling te brengen.  Dit feest wordt hier “hypapante” of “ontmoeting” genoemd. Het is de ontmoeting van de Heer Jezus met zijn volk, de ontmoeting van het N.T. met het O.T. of van het Evangelie met de Thora. Simeon wordt op oosterse iconen voorgesteld als profeet en priester. Hij zegent het gezin. Hij voorspelt Jezus als het licht voor de volkeren en de grote rol die Maria door haar lijden zal innemen in het verlossingswerk. Ook in het oosten is dit “feest van de Heer” een belangrijk “Mariafeest”. En eigenlijk is de ontmoeting tevens de grondgedachte van het feest in de Latijnse Kerk, wat duidelijk tot uiting komt in de processie na de zegening van de kaarsen, in de gebeden en de prefatie.

*Nvdr: U kan de viering van O.L.Vrouw Lichtmis in de O.L.V.kathedraal te Antwerpen (her)bekijken:

In de gemeenschap is er nog voldoende werk binnenshuis en buiten. De laatste 500 bestelde kruisjes worden geschilderd en afgewerkt. Verder is er een nieuwe bestelling gekomen van 1000 poppen vanwege de lieve mensen van Preemptive Love Coalition**, een NGO die vooral bij de voedselvoorziening in heel Syrië met ons samenwerkt en financieel flink helpt. Bovendien zijn er zo nog eens ‘n 50 vrouwen die door het maken van deze poppen een inkomen krijgen.

**Nvdr: Voorbeelden van de nood en de inzet van Preemptive Love Coalition in Syrië, Libanon en Irak:

Een werk van lange adem is nog het oliën van de balken waarmee de plafonds gemaakt worden van het “metokion” of klein (annex) mannenklooster. Verder worden vele bomen aangeplant, vooral  vijgen- en granaatappelbomen. Tenslotte vraagt de houtkachel in de refter iedere dag een grote portie op maat gezaagd hout, om het middageten te bereiden en wat warmte te geven.

Een stem voor de stemlozen (II)

In onze eerste bijdrage hebben we enkele belangrijke momenten uit het leven van professor Jérôme Lejeune (1926-1994) aangehaald. Zijn ontdekking met de onderzoeksgroep van professor Turpin in 1958 van het mongolisme, trisomie 21, bracht de genetica plots op een hoger niveau. Jérôme werd wereldwijd als de grootste geneticus erkend en geëerd. Hijzelf bleef met de fiets door Parijs  rijden naar zijn laboratorium, naar zijn patiënten in het hospitaal en naar zijn studenten in de medische faculteit. Tien jaar later, op 3 oktober 1969, kreeg hij in San Francisco, Californië de hoogste onderscheiding in de genetica, de William Allan Memorial Award. Tegen de verwachting en het verlangen van zijn belangrijk wetenschappelijk publiek in, pleitte hij in zijn toespraak*** voor de onbetwistbare erkenning van de menselijke waardigheid van het embryo vanaf de ontvangenis. Dit veroorzaakte  een zodanige aardbeving dat hij voortaan wereldwijd en radicaal geboycot werd. Hij heeft nooit spijt gehad van deze toespraak, integendeel. Met nog meer ijver bleef hij het recht op leven van het menselijke embryo verdedigen. Geïnspireerd door de voor hem indrukwekkende proloog van het Evangelie van de heilige Johannes vatte Jérôme gans de menselijke genetica aldus samen: In het begin was er een boodschap en deze boodschap zit in het leven en deze boodschap is leven; en indien deze  boodschap een menselijke boodschap is, dan is het menselijk leven.

***Nvdr: U kan deze toespraak hier integraal in het Engels lezen: “To kill or not to kill, that is the question”.

In zijn voordrachten kon Jérôme treffende verhalen vertellen om zijn overtuiging te illustreren. Ziehier een verhaal van zijn vriend professor Jozef Warkany uit Cincinnati, wiens  vader dokter was in Braunau, Oostenrijk. Op 20 april 1889 werd deze dokter in dezelfde nacht opgeroepen voor twee bevallingen. De eerste baby bleek een kerngezonde jongen te zijn. De tweede echter was een mongooltje, een meisje, dat helaas in onze tijd hoogstwaarschijnlijk zou gedood worden. De moeder van dit meisje werd later zwaar ziek en het gehandicapte kind heeft met haar beperkte mogelijkheden haar moeder gedurende de laatste vier jaren een mooie levensavond gegeven. De naam van dit meisje was zijn vader vergeten, maar de naam van die jongen had hij goed onthouden: Adolf Hitler! Ziedaar een nuttige overweging voor hen die menen dat gehandicapte kinderen beter gedood worden, omdat ze een bedreiging  zouden zijn voor de samenleving. Dit verhaal was tegelijk zijn aanmoediging voor ouders die hun minder valide kindje met vreugde en liefde ontvangen en omringen, waardoor het tevens een zegen wordt voor gans het gezin.

Jérôme kon met humor het menselijk leven verdedigen, zoals hij deed voor dr. Bernard Nathanson, die we ook zelf ontmoet hebben op het internationaal congres van het gezin te Brussel (1988). Dr. Nathanson (+ 2011) is wellicht de eerste en grootste aborteur te New York. Naar eigen zeggen zou hij verantwoordelijk zijn voor ‘n 70.000 kinderen die in de moederschoot gedood werden. Vanaf 1969 was hij de drijvende kracht achter de abortusbeweging. Toen hij met de moderne mogelijkheden abortus wilde laten verfilmen is hij pas tot inzicht gekomen en besefte dat het werkelijk om een mens gaat: “De stille Schreeuw” (1984). Een vriend dokter die hij uitgenodigd had om mee van de film te komen “genieten” is halverwege huilend buiten gelopen. Hij  is ook de schrijver van het boek “Aborting America” (1979) en legt uit hoe hij propaganda voerde voor abortus met onjuiste cijfers, manipulatie en valse beschuldigingen aan de kerkelijke hiërarchie als zijnde  tegen de vooruitgang en tegen de wetenschap. De jood dr. Nathanson bekeerde zich en aanvaardde het katholiek geloof omdat, zoals hij getuigt, hij alleen daarin zijn weten-schappelijke inzichten erkend zag én alleen daarin vergeving van zijn zonden vond. Samen met zijn vrouw is hij sindsdien de hele wereld rondgetrokken om te getuigen van de waardigheid van het menselijk leven vanaf de bevruchting. Hij kreeg ook harde weerstand te verduren. Eens werd hij voor het gerecht gedaagd omdat hij een foetus een mens noemde en hij vroeg Jérôme Lejeune om hem te komen verdedigen. Jérôme toonde een grote foto van een foetus van een olifant en vroeg wat dat was. Mensen zeiden: een olifant. Jérôme vroeg of hij nu gestraft moest worden omdat hij deze foetus een olifant noemde.

Maandag 7 augustus 1989 genoot Jérôme op zijn manier verder van de korte vakantie die hij met zijn gezin  beleefd had, in zijn laboratorium terwijl iedereen nog op vakantie was: zijn familie, zijn collega’s en assistenten, zijn  patiënten. Plots telefoneerde zijn vriend Martin Palmer vanuit Amerika en vroeg of hij wilde komen getuigen op het “proces van de eeuw” in Maryville (Tennessee) en woensdag is de laatste dag van het proces! Een gescheiden echtpaar is het oneens over het lot van hun ingevroren embryo’s. De man beschouwt ze als “pre-embryo’s” die vernietigd moeten worden. De vrouw beschouwt de embryo’s als haar kinderen. Jérôme komt op eigen kosten en getuigt op het proces: een pre-embryo bestaat wetenschappelijk niet, aan een embryo gaat een spermatozoïde en een ei vooraf, bij de bevruchting worden ze een zygote, wanneer de zygote zich splitst wordt het een embryo, deze eerste cel is de meest gespecialiseerde unieke cel ter wereld, vanaf de bevruchting is deze mens een mens. Jérôme maakt de rechter, Dale Young duidelijk dat hij een oordeel kan uitspreken zoals koning Salomo (1 Koningen  3, 23-27) die het hart van de moeder volgde. En een dergelijk oordeel, zo stelt hij,  wordt maar om de 3000 jaar uitgesproken! De rechter heeft inderdaad de embryo’s “kinderen in vitro” genoemd en aan de moeder toegewezen. (Embryos are children) Er was een massa pers aanwezig in de zaal. Onder hen ook de jonge dokter John Bruchalski die zo onder de indruk was van het getuigenis van Jérôme dat hij zijn werk met embryo onderzoek en abortus vaarwel heeft gezegd en voortaan zich wijdde aan zwangere vrouwen in nood (1).

Ontelbare brieven kreeg hij van moeders en gehandicapte kinderen die hem dankten omdat hun leven veranderde door hem te ontmoeten. Hij was liefdevol, aandachtig, erg betrokken met het leed van de moeders en het kind. Verschillende jonge artsen ontdekten hun roeping langs hem. Anderzijds leed hij onder de lauwheid van velen, ook van gelovigen en soms van kerkelijke leiders. Om eigen rijkdom en glorie gaf hij niet veel. Hij was ook een voorbeeld van een echtgenoot en vader.  Zijn geliefde vrouw Brithe hield hij iedere dag op de hoogte van wat hij beleefd had. Wanneer een van hun vijf kinderen soms een straffe mening verkondigde die onaanvaardbaar was, bleef hij steeds rustig en trachtte enkel met kalme redenering te overtuigen. Hij wilde niemand zijn mening opdringen maar aanvaardde niet dat de vrijmetselarij wel vrij haar mening  mocht opleggen. Toen  een cameraploeg eens zijn laboratorium binnen stapte voor een interview en een reportage, vroeg de cameraman of het kruis niet even van de muur mocht.  Het antwoord van Jerome was even kort als duidelijk: neen. Deze plaats was immers zijn “lab-oratoire”!

Zelf heb ik Jérôme Lejeune uitgenodigd op de charismatische geloofsdagen in Hoogstraten op woensdag 24 juli 1991. Hij wilde gans de dag bij ons blijven en zo vergezelde ik hem. Terwijl we rondliepen kwamen enkele jongeren achterna en vroegen: “Professor, is aids een gesel Gods?” Ook hierop gaf hij zijn origineel antwoord: “Ik weet slechts drie dingen. Vooreerst dat God altijd vergeeft,  vervolgens dat mensen soms vergeven en tenslotte dat de natuur nooit vergeeft!” En de jongeren begrepen dat ze verantwoordelijk blijven voor hun daden.

Jérôme Lejeune was het levende bewijs dat wetenschap en geloof samen horen. Het verstand, verlicht door het geloof, geeft nog meer inzicht en wijsheid. Kennis zonder moraal wordt barbaarsheid en geloof zonder kennis wordt afgoderij. Jérôme streed niet tegen mensen maar tegen valse ideeën. En zijn grote wetenschappelijke passie was een aangepaste therapie vinden om trisomie 21 en anderen te genezen. Decennia lang bleef hij hopen en zoeken zonder de goede therapie te vinden. Dat was ook zijn zwaarste kruis. Dank zij zijn ontdekking weet men nu vooraf dat een kind gehandicapt is. In plaats van het liefdevol op te nemen en het te verzorgen wordt het nu dikwijls ‘wettelijk’ gedood.

In 1996 werd de Fondation Jérôme Lejeune opgericht om dit onderzoek verder te zetten, om voor deze gehandicapte kinderen zorg te dragen en om het recht op leven voor hen te verdedigen. Zijn vrouw Birthe (+ 6 mei 2020) was hierin een bezielende kracht. In 2007 ontstond de Association Amis du professeur Jérôme Lejeune die zijn werk wil bekendmaken en  ijveren voor zijn  heiligverklaring die nu de eerste stap heeft bereikt met het Romeinse decreet over zijn “eerbiedwaardigheid”.

Het jaar voor zijn dood werd longkanker vastgesteld, zoals bij zijn vader. De laatste dagen van zijn leven heeft hij veel geleden en vond geen rust of verlichting. In het ziekenhuis lag een man in de kamer naast hem met een TV keihard en zijn deur open. Toen zijn dochter voorstelde om te vragen de deur van zijn gebuur dicht te doen, antwoordde Jérôme: “neen, want deze man is half doof en als je de deur sluit, voelt hij zich nog meer geïsoleerd”. Dr. Jérôme Lejeune leefde voor God én voor de mensen, hij leefde niet voor zichzelf. Hij was de onverschrokken verdediger van het leven vanaf de ontvangenis en van de gehandicapte en meest weerloze kinderen. Zijn stem blijft klinken.

——-

  • Aude DUGAST, Jérôme Lejeune. La liberté du savant, Artège, 2019, blz. 397-402 ; Jérôme LEJEUNE, L’Enceinte concentrationnaire, d’après les minutes du procès de Maryville, le Sarment, Fayard, 1990 (Engels titel : A symphony of the preborn child)

Wijsheid uit de woestijn: over de naastenliefde (4)

Met betrekking tot het einde van de tijden voorspelt Jezus: “De ongerechtigheid zal zich vermenigvuldigen en de naastenliefde van velen zal verkillen. Maar wie volhardt tot het einde, zal gered worden” (Mt 24,12-13). Hij wil onze aandacht vestigen op het belang van de naastenliefde.

De heilige Dorotheus van Gaza (6e eeuw), de woestijnvader die we sinds een maand volgen, is ook op dit vlak een voorbeeld: hij maakte van de christelijke naastenliefde het leidmotief van zijn leven. De naastenliefde, die niets anders is dan een voortzetting en een uitvloeisel van de liefde die men voor God heeft, was erg kenmerkend in deze heilige. Zijn leven was  niets anders dan deze heilige gezindheid in de prakijk brengen. Er is niets dat hij de broeders zozeer inprentte dan de verplichting die zij hadden om verenigd te zijn in de naastenliefde. Zijn instructies zijn er vol van, zijn geschriften ademen liefde, vriendelijkheid, tederheid uit. Hij stelde als voornaamste stelregel dat de broeders een onschendbare eerbied voor elkaar moesten hebben. Hij verklaarde zichzelf de onverzoenlijke vijand van achterdocht. Hij wilde dat wij onszelf te allen tijde zien als de ware oorzaak van het kwaad, dat wij altijd bereid zouden zijn ons gedrag te veroordelen en dat van onze broeders te rechtvaardigen.

Om deze naastenliefde te realiseren gaat hij tot in de kleinste details: “Het is beter,” zegt hij, “dat datgene wat je wil doen niet gedaan wordt, hoe nuttig en noodzakelijk het ook moge zijn, dan dat het wel gedaan wordt en die harmonie en naastenliefde, die jullie zo zorgvuldig moeten bewaken, onder vuur ligt”.

Omdat hij van deze waarheid vervuld was, liet hij niet na haar in praktijk te brengen. Ziehier een concreet voorbeeld: de heilige Siridus (zijn overste) gaf hem de zorg over een zieke heilige monnik. Hij deed het met heel zijn hart, maar omdat hij zag dat een van zijn broeders vurig verlangde deze heilige man te verzorgen, en dus zijn plaats wilde innemen, gebruikte hij al zijn macht om zijn overste te overtuigen hem deze taak te ontnemen en die aan zijn broeder te geven. Omdat zijn overste weigerde, bleef Dorotheus hem dan gedurende negen jaar verzorgen. Zijn medebroeder was zeer ontstemd dat hem dit ambt was geweigerd. Gedurende al die tijd volgde hij de heilige dagelijks van de ziekenzaal naar de kerk, om hem beledigende woorden toe te snuiven. Onze heilige onderging dit met groot geduld. Niet alleen dacht hij er niet aan, zich te verantwoorden tegenover degene die hem mishandelde, noch dacht hij eraan zich te beklagen bij zijn oversten, die aan deze beledigingen een einde konden maken, maar integendeel, toen het feit bekend was geworden, deed hij er alles aan om zijn broeder bij zijn oversten te rechtvaardigen en alle schuld op zich te nemen, alsof hij er zelf schuldig aan was geweest1.

Jezus zegt: “Heb uw vijanden lief; doe goed aan hen die u haten” (Lc 6, 29). De heilige Dorotheus bracht deze waarheid in praktijk. De heilige Johannes van het Kruis werpt meer licht op de heldendaad van onze heilige:

Het is goed jezelf van deze waarheid te overtuigen: je bent alleen naar het klooster gekomen om te worden getest en geoefend in de beoefening van de deugd, zoals de steen die moet worden gepolijst en bewerkt voordat hij in het gebouw wordt geplaatst. Je moet dus allen, die in het klooster zijn, slechts beschouwen als dienaren, die God daar speciaal geplaatst heeft om uw ziel door versterving te bewerken en te polijsten; sommigen moeten haar beproeven door woorden, die je niet zou willen horen; anderen door daden, die je niet kan verdragen; anderen door hun karakter, omdat zij vervelend en belastend zijn in hun wijze van handelen; anderen door hun gedachten, omdat zij u niet achten en niet liefhebben. Al deze verstervingen en moeilijkheden moet je ondergaan door innerlijk geduldig te blijven en te zwijgen uit liefde voor God”.2

Wat ik in het dagelijkse leven in het klooster heb gemerkt, is dat wanneer we zwijgen als iemand ons beledigt of wanneer we de kracht hebben om te zwijgen als iemand ons een opmerking geeft (vaak ontbreekt mij die kracht) we ruimte laten voor die persoon om zichzelf te zien. Hij wordt zich dan bewust van zijn fout. Vaak zal hij dan om vergeving komen vragen, of omgekeerd, als ik het ben die mij heb laten meeslepen en de andere persoon uit naastenliefde niet inging op mijn provocatie. Als men reageert is dat het principe van oog om oog, tand om tand van het Oude Testament (Exodus 21, 24), als men zwijgt is dat het principe van het Nieuwe Testament: “Als iemand u op de rechterwang slaat, keer hem dan ook de andere toe” (Matteus 5, 39).

——-

1 Sr. Pascale-Dominique NAU, OP. Les instructions de Dorothée de Gaza (Rome 2014).

2 S. Jean de la Croix, Quatre conseils à un religieux, deuxième conseil.

Fr. Jean

En dit nog