Een verslag uit Syrië zonder poco bril

Goede Vrienden,

De heilige Paulus keurt in het begin van zijn brief aan de Romeinen het immorele gedrag en het tegennatuurlijke huwelijksleven ondubbelzinnig af. Er is geen sprake van enige “inclusiviteit” tenzij door bekering, zoals Jezus aan de overspelige vrouw zegt : “Ook Ik veroordeel u niet; ga heen en zondig van nu af niet meer” (Johannes 8, 11). Zo heeft de Kerk doorheen de eeuwen Jezus’ leer ook begrepen. Juist in deze tijd van het jaar vierden we grote heiligen die als martelaar gestorven zijn omdat ze trouw bleven aan deze leer en zich niet wilden aanpassen aan de heersende opvatting. De kanselier Thomas More en de kardinaal John Fisher belandden beide in de gevangenis en werden in 1535 onthoofd omdat ze in Engeland de huwelijksbreuk van Hendrik VIII niet wilden goedkeuren.

Ondertiteling en vertaling via icoontjes onderaan
Ondertiteling en vertaling via icoontjes onderaan

In de Latijnse liturgie worden ze op 22 juni gevierd. Zij volgden het voorbeeld van Johannes de Doper die door Herodias gevangen gezet werd en onthoofd. Johannes had de koning gezegd dat het hem niet toegestaan is de vrouw van zijn broer te nemen. Dit wordt gevierd op 29 augustus zowel in oost als west. De morele perversiteit met een genderideologie, openlijk gepromoot door een machtige homolobby gaat nu nog veel verder.  Deze lobby is in staat om verantwoordelijken en politici, die dit wangedrag afkeuren, te censureren en zelfs te ontslaan en te straffen. Wie nu de leer van het Evangelie openlijk verkondigt tegen deze ruim verspreide ontsporingen in, kan zowel in de Kerk als in de maatschappij vervolgd worden.

Ondertiteling en vertaling via icoontjes onderaan

Na de universele heerschappij van de zonde aangetoond te hebben spreekt Paulus nu over het heil voor allen en het christelijk leven: “Thans is echter, buiten de wet om, Gods gerechtigheid openbaar geworden … die zich door het geloof in Jezus Christus meedeelt aan allen die geloven, zonder enig onderscheid” (Romeinen  3, 21v). Abraham geldt hierbij als de vader van de gelovigen. Hij geloofde immers in de beloften van God dat hij de vader zou worden van een zeer groot geslacht, ondanks het feit dat  hij en zijn vrouw Sara al hoogbejaard waren. Welnu, door dit geloof is hij gerechtvaardigd, en wel voordat hij de besnijdenis aanvaardde. Het zijn dus niet de werken die rechtvaardig maken maar het geloof. Hierdoor wordt Gods liefde in ons hart uitgestort. Adam is hier de voorafbeelding van Christus, de nieuwe Adam: “Zoals door de ongehoorzaamheid van één mens  allen zondaars werden, zo worden door de gehoorzaamheid van één allen gerechtvaardigd”  (5, 19). Christus heeft door zijn dood al het nodige werk gedaan en onze schuldbrieven vernietigd. Door zijn verrijzenis kunnen we deelnemen aan het leven van de goddelijke Drie-eenheid. Hier kunnen we bij aansluiten door ons geloof en de doop: “Door de doop in zijn  dood zijn  wij met Hem begraven, opdat ook wij, zoals Christus door de macht van zijn  Vader uit de doden is opgewekt, een nieuw leven zouden gaan leiden” (6, 4). Ziedaar de twee levens in ons. Ons aardse leven met zijn vleselijke begeerten leidt ons naar de zonde en de zonde brengt ons naar de dood. Een leven vanuit het geloof en de doop in Christus leidt ons  naar “de wet van de Geest” en “het nieuwe leven van de Geest”. Het is niet voldoende het goede te willen, we moeten het ook doen en dat komt niet vanzelf. Hiervoor moeten we heel ons leven een geestelijke strijd voeren: “Ik ben mij bewust dat er in mij, dat wil zeggen in mijn  eigen leven, niets goeds huist. De goede wil ligt binnen mijn bereik maar niet de goede daad. Ik doe niet het goede dat ik wil maar wel het kwade dat ik niet wil… Aan mijzelf overgelaten dien ik dus met mijn rede de wet van God maar in mijn dagelijks leven de wet van de zonde” (7, 18v.25). Hieruit volgt zijn  pleidooi om te leven vanuit de Geest van Christus. Wie zich laat leiden door deze Geest zint ook op de dingen van de Geest. Dan zijn we waarlijk kinderen van God en dus wettelijke erfgenamen. Dan kunnen we ook bidden zoals Jezus bad en zeggen: Abba, Vader! Ons lichaam blijft dan wel aan de dood gewijd, maar onze geest leeft. Vandaar ook de grote belofte: “Als de Geest van Hem die Jezus heeft opgewekt van de doden in u woont,  zal Hij die Christus Jezus van de doden heeft doen opstaan, ook uw sterfelijk lichaam eenmaal levend maken door de kracht van zijn Geest, die in  u verblijft”  (8, 11).

Om dit gedeelte af te ronden geeft Paulus ons zijn “koninklijk visioen” van de schepping (8, 18-26). Alle huidige vormen van lijden (het Griekse “pathèta” is meervoud) samen wegen niet op tegen de heerlijkheid die ons te wachten staat. De schepping wordt vervolgens gezien als een moeder in barensweeën die in haar pijnen vol verwachting uitziet naar de geboorte van het nieuwe leven, nl. het openbaar worden van de volle glorie van de kinderen   Gods. Dit is “het nieuwe heelal” (Apocalyps 21, 5), het hemelse Jeruzalem, de heilige stad van God, waarin God alles in allen zal zijn. Ook de schepping zal delen in de glorierijke vrijheid van de kinderen Gods. Met de oerzonde heeft het eerste mensenpaar de harmonie verbroken met God en hieruit zijn vervolgens alle andere ontwrichtingen voortgekomen: met zichzelf, met de medemens en met de natuur. Het lijden in de wereld en de mensheid is op zichzelf zinloos maar krijgt wel zin in het licht van deze omvorming. Ieder lijden kan een mozaïek worden voor onze verrijzenis en omgekeerd is er geen deelname aan de verrijzenis mogelijk tenzij doorheen lijden en sterven. Dit is ons huidige christelijke leven in geloof, hoop en liefde. Het vraagt standvastigheid, volharding  en geduld. Ons leven hier op aarde zal altijd gepaard gaan met lijden en strijd omdat het hier niet onze eindbestemming is. Onze blik en ons hart zijn gericht op het blijvende geluk in God, de intrede in het leven van de Drie-eenheid. Zoals een kind in de moederschoot zich geen enkele voorstelling kan maken van het leven van een volwassene in de wereld, zo kunnen ook wij ons het leven in de Drie-eenheid niet voorstellen.

Het middelste gedeelte van de brief aan de Romeinen gaat nu van de verlossing van de wereld over naar de verlossing van Israël (hoofdstukken 9-11). De eerste gelovigen waren joden maar de Kerk is eigenlijk begonnen als een twee-eenheid, bestaande uit gelovige joden en gelovigen uit de volken: ecclesia ex judaeis – ecclesia ex gentibus. Aan beide kanten waren er misverstanden. Al vlug verdwenen de joodse gelovigen uit de Kerk en tegelijk werden ze door de anderen uitgesloten. Pas op het einde van de 20e eeuw groeide opnieuw het bewustzijn van de noodzakelijke twee-eenheid. Zo ontstond zowel vanuit joodse gelovigen als vanuit gelovigen uit de volken de wereldwijde oecumenische beweging: Toward Jerusalem council II (tjcii), die zich blijft uitbreiden. Het is een beweging van wederzijdse verzoening, bekering en gebed opdat de heilige Geest eens de oorspronkelijke eenheid zou herstellen en de joodse gelovigen hun plaats innemen, waarbij ze in alle vrijheid als joden hun geloof in Jezus kunnen beleven. Dit is de eenheid die in Antiochië beleefd werd: terug naar Jeruzalem langs Antiochië. Hierover volgende keer.

P. Daniel, Mar Yakub, Qâra, Syrië, 7.7.23

P.S. Verschillende mensen meldden me dat ze het bericht in bijlage niet toegestuurd kregen, hoewel ik aan iedereen hetzelfde stuur. Ontbreekt er iets, laat het me weten.

Flitsen

Met het vullen van 5 à 6 isomodozen per dag hopen we de abrikozenoogst deze week ongeveer te kunnen beëindigen. In deze tijd worden vele abrikozen gegeten, er wordt ruim van meegedeeld en er worden er ook te koop aangeboden op de markt (4 dollar per doos). Hiervan wordt door de mensen gretig confituur gemaakt.

Terwijl onze tieners Yakub en Fadi op vakantie zijn bij de ouders van Fadi in Qousseir, willen we zondagmorgen met de gemeenschap naar Tartous trekken, naar het appartement aan de zee, dat we daar mogen gebruiken. We zouden ‘s morgens om 7 u vertrekken, maar juist op dat ogenblik kwam er een grote groep bezoekers, vrouwen uit Seydnaya. Zo werd het 9.00 u vooraleer we konden vertrekken. We zouden echter eerst een ommetje maken langs het Krak des Chevaliers, waar wij Eucharistie zouden vieren. Oorspronkelijk was dit een militaire burcht van de Koerden, die de poort van Homs domineerde, omgeven door vele andere burchten. In 1099 werd dit ingenomen door de eerste kruisvaarders o.l.v. Raymond de Saint-Gillis, graaf van Toulouse. Hij gaf het aan de hospitaalridders van de orde van Sint Jan van Jeruzalem, soldaten-monniken die de kruisvaarders wilden beschermen. Anderhalve eeuw zou aan de uitbreiding van dit fort gebouwd worden. Het is 150 m hoog en 100 m breed. Er zijn vier geheime in- en uitgangen, en 12 torens. In feite zijn het twee kastelen, een binnen en een buiten.

Het is een zeer compact en complexe constructie die toch een zekere harmonie uitstraalt. De “ridderzaal” is een gotisch juweeltje. Op zijn  hoogtepunt verbleven hier 4.000 soldaten. Je ziet ook nog de haken in de muren waar de paarden werden vastgemaakt. Op natuurlijke wijze konden de moslims deze burcht niet veroveren, wat ze driemaal geprobeerd hebben. Uiteindelijk werd het door een list en valse brieven ingenomen, door de Mammeluk Baiber in 1271. De voorbije jaren hebben Hongaren veel bijgedragen tot het herstel. Ook de jongeren van S.O.S. Chrétiens d’Orient hebben hieraan meegewerkt.  Zo werd de kapel hersteld, waarbij wel de preekstoel die de moslims er bouwden, bleef staan. Met twee nieuwe deuren werd de kapel afgesloten. Hier wilden we in alle luister de plechtige zondagseucharistie vieren, wellicht de eerste sinds zeer vele jaren. Een bewaker bracht een tafel. Als voorbereiding zongen we het prachtige “Panis Angelicus”, dat een aantal bezoekers aantrok, die tijdens de dienst weer weggingen. Het paas-kyriale klonk daarna eveneens voortreffelijk in deze kleine ruimte met zijn gewelven. Omdat een zuster het bewustzijn verloor, reden we langs het dichtst bij zijnde ziekenhuis. In de tuin namen we onze picknick. Het begon ondertussen al avond te worden en daarom reden we niet meer naar de zee, maar naar huis. Ons ommetje langs het Krak des Chevaliers werd alles bij elkaar een heerlijke uitstap, genoeg voor een rijk gevulde dag.

Het ware offer

Van 28 juni tot 1 juli 2023 vierden de moslims wereldwijd hun groot “offerfeest”. Volgens hen heeft Abraham zijn zoon Ismael willen offeren aan God als teken van totale overgave maar op het laatste ogenblik zorgde God voor een ram dat het mensenoffer kon vervangen. Voor de moslims is het een gelegenheid om te verbroederen met familie, vrienden en behoeftigen, door samen een maaltijd te houden dank zij een geslacht schaap. In Frankrijk schijnen er ieder jaar bij dit feest zo’n honderdduizend schapen geslacht te worden. Dit feest is voor moslims een belangrijke uitdrukking van hun identiteit. Ook in onze gemeenschap bleven de meeste moslim arbeiders gedurende ’n vijftal dagen thuis.

Ziehier iets over de echte oorsprong en ware betekenis van dit gebeuren. Genesis 22 verhaalt het  echte “offer” van Isaak, wat de joden “het binden” van Isaak noemen. God vraagt Abraham of hij bereid is het aller dierbaarste af te staan aan Hem, zijn enige zoon, Isaak, de zoon van de belofte. De bereidheid van Abraham is voldoende. In de plaats daarvan zal Abraham een ram offeren (Hebreeuws: Aial, gevormd de beginwoorden van het Hebreeuwse “God zal er in voorzien”!).

Het is een voorafbeelding van het “offer” van Jezus, zijn kruisdood, waarbij geen engel uit  de hemel zal komen om de handen van de beulen tegen te houden. Jezus zal de gruwelijke kruisdood sterven om al onze schuld op zich te nemen en te vernietigen. En door zijn verrijzenis zal Jezus ons de toegang geven tot de vereniging met de Drie-ene God. Mohammed heeft er een eigen verhaal van gemaakt. Het echte “Lam Gods” is Jezus, die door zijn kruisdood het offer van Abraham en Isaak en daarmee ook het grootste joodse feest van de Grote verzoendag/Jom Kippoer tot vervulling brengt (Leviticus 16): de zondebok wordt met alle zonden van Israël beladen en in de woestijn  gestuurd. Johannes de Doper zal begrijpen dat Jezus dit mysterie definitief vervult en uitroepen: “Zie het Lam Gods dat de zonden van wereld wegneemt” (Johannes 1, 29).

Het is uiteraard niet voldoende het juiste inzicht te hebben, we moeten er ook naar leven. Een vrome moslim of jood met een gebrekkig inzicht kan mogelijk een betere leerling van Jezus zijn dan een lauwe christen. Jezus navolgen betekent zijn leven willen geven voor God en anderen, in vrijheid en liefde. Een eenvoudige, gehuwde man die helemaal leeft voor zijn vrouw en kinderen, kan een veel betere christen zijn dan een geëerde kerkleider die goed kan preken en organiseren. Helaas wordt maar zelden duidelijk gemaakt dat het levensoffer van Jezus, het wezen is van de roeping van ieder mens en ieder beroep. Zich zo belangeloos mogelijk inzetten voor anderen, in vrijheid en liefde is niet alleen het hart van ons  mens zijn maar ook de weg naar het diepste geluk. Dat kunnen we alleen maar leren en krijgen van Jezus en zijn heilige Geest. Vroeger voelde ik me soms al onmachtig om bij bepaalde huwelijksvieringen uit te leggen dat de grote zorg voor een prachtig huwelijksfeest en een “succesvolle” liturgische viering veel minder belangrijk is dan het besef en het beleven van de totale gave van zichzelf aan elkaar. Dat is de betekenis van  het “ware offer”, zowel voor christenen, moslims, joden, atheïsten en anderen, -peuten en -logen in begrepen. (https://lesalonbeige.fr/aid-el-kebir-un-regard-chretien-sur-la-fete-du-mouton-selon-lislam/).

Varia

Nvdr: begeleidende foto’s vindt u terug op Deir MarYakub El Mukata indien de techniek en IT-aansluiting het toelaten.