Ook ‘extreemrechtsen’ hebben rechten

Verleden week werd elk nieuwsbericht in Duitsland gedomineerd door de poco beslissing van de beroemde Münchense Hofbräukeller die de bevestigde en betaalde reservering van de AfD (Alternative für Deutschland) mét aanwezigheid van Frauke Petry eenzijdig annuleerde.

Klinkt ons heel bekend in de oren.  Hoe dikwijls zou het Vlaams Blok / Vlaams  Belang niet hetzelfde ervaren hebben?  Niet de partij alleen trouwens.  Ook de Gulden Sinjoren, het 11 julicomité dat elk jaar op het H. Conscienceplein in Antwerpen een traditionele (lees: radicale) viering op poten zet, mocht proeven van de ‘verdraagzaamheid’ van zaaluitbaters.  Een reservering van een zaal voor een jaarlijks etentje om geld in het laatje te brengen – de viering krijgt immers geen subsidies – werd ook éénzijdig door de uitbater opgezegd.  Waarop de Gulden Sinjoren laconiek reageerden: “we zijn goed bezig”...

Keren we terug naar de Hofbräukeller en de AfD.  Deze laatste pikte het niet en trok naar de rechtbank én… kreeg gelijk.  De uitbater van de Hofbräukeller moet zijn lokaal ter beschikking stellen.  Hij kan weliswaar nog in beroep gaan, maar vermits de reservering voor vanavond gepland is, zal hij noodgedwongen moeten accepteren dat ook ‘rechtse klootzakken’ rechten hebben…

Focus

9 gedachten over “Ook ‘extreemrechtsen’ hebben rechten

  1. En de politie in München heeft een probleem dat in de tijden van Frans Josef Strauss niet bestond: ze moet het Hofbräuhaus beschermen tegen de troepen van de SA of Schläger der Antifa zoals ze door rechts Duitsland genoemd worden.

      • Georg Elser was een vakman en plaatste zijn springtuig keurig verborgen. De huidige sa-ers zijn daarentegen werkschuw tuig, betaald door ….en zullen zich dus beperken tot het werpen van … en het molesteren van de politie (die niet zal mogen reageren). Gewacht wordt derhalve op een nieuwe en echte SA. In oorlog mag en moet men zich verdedigen!

        • We wilden hiermee aantonen dat het Antifatuig herkenbaar en zichtbaar is. Het Antifatuig speelt zijn rol en maakt ongewild de AfD groter. Een Georg Elser laat zich gemakkelijk vinden als de AfD te groot wordt. Er lopen nu eenmaal overal gekken rond die figuren met een duidelijke andere mening willen het zwijgen opleggen. In Duitsland is de teneur dat er geen plaats is rechts van de CDU want die rol wordt – naar verluidt – door de CSU ingevuld…

          • Een blog met gefundeerde artikelen, zo gefundeerd dat het zich kon veroorloven om de zin ‘wie hier iets tegenin kan brengen mag me schijven’, te gebruiken. Dat blog Wächter des Nordens, heeft de handdoek in de ring gegooid. Niet omdat het zo graag met handdoeken gooit maar ‘der Feind lest mit’. Justitie pluist met een vergrootglas nu eenmaal alles uit en hanteert andere middelen dan het ‘wie hier iets tegenin kan brengen mag me schrijven’.

            In ieder geval ‘Wächter’ ik ga jullie missen.

        • Van Georg Elsen komen we op het kamp in Sachenhausen en van Sachsenhausen op het bericht in Berkenkruisje ‘Graven in het Oosten’. Een ploeg trok richting Oder voor het onderhoud van de graven waar ook Vlamingen begraven liggen. Mijn dochter, slecht opgevoed als ze is, was erbij.
          Op de terugweg bracht ze een bezoek aan Oranienburg en tegen haar gewoonte in aan het kamp Oranienburg/Sachsenhausen. Het heeft haar wat bijgebracht. Niemand beweert dat het daar een paradijs was maar ze werd toch iets teveel ondergedompeld in ontbering en honger. Tot haar oog plots op goed bewaarde brieven aan de heer Louis Kiebooms viel – je weet wel: hoofdredacteur van GvA, advocaat, verzetsstrijder, volksvertegenwoordiger en auteur- volgens die brieven van het thuisfront kreeg Louis voeding, sigaren, kleding, leesvoer enz. toegestuurd.
          Ik meld dit even ter overdenking.

          Voor ze naar Oranienburg afzakte had ze ook Stettin bezocht, waar je normaliter zou kunnen verwachten dat daar andere ellende in herinnering zou worden gebracht. Niet dus. Daarom breng ik even het gedicht van Oostfronter Marcel Beerten aan bod.

          Vrouw Griese,
          Vrouw Griese trok staag met haar ossen naar west,
          met huisraad en kind op de vlucht voor de pest.

          Ze trokken door Stargard en Stettin,
          waar niemand voordien zoveel volk had gezien.
          De dag was een jacht naar de veilige ree
          en de avond bracht rust en ze molken het vee
          en zagen de verte vol laaiende brand
          van dorpen en steden in het Pommerse land.
          Zo vluchtte vrouw Griese met velen naar west,
          uitzinnig van angst voor de nakende pest.

          De trek was zo lang, -had geen mens ooit gezien,-
          van boven de Weichsel tot onder Schwerin,
          de trek van miljoenen met eender verdriet,
          met angsten en heimwee en somber verschiet.
          Hoe trager de trek en hoe dichter het front,
          hoe heller de waanzin te blikkeren stond
          in de ogen der velen die vluchtten naar west,
          vrouw Griese en de andren, op vlucht voor de pest.

          De zevende week, met een morgen vol lood,
          heeft duikend een vlieger haar ossen gedood.
          Ze trok met haar vijfjarig meisje door ‘t land,
          wat voedsel en linnen in iedere hand.
          Hoe killer de regen haar kleren doordrong,
          hoe heftiger doodsangst haar wezen besprong.
          Vertwijfling vrat langzaam haar zenuwen op;
          de weg zonder eind dreef haar jammer ten top,
          een schreeuw plant zich voort tussen Weichsel en west…
          Alarm langs de weg zonder einde…De pest!…

          En daar, op die weg, in een triestige nacht,
          heeft haar een troep soldenieren verkracht.
          Ze weerde zich heftig, ze schopte, ze beet…
          Niet één van de vreemden doorvoelde haar leed.
          Ze heeft nog een reutel van weerzin geslaakt,
          en weken nadien pas uit ijlkoorts ontwaakt.
          Gebroken in ‘t gruwelijk gevecht met de pest
          die haar heeft geveld aan de slagboom naar west.

          Ze schreide om de barst in haar trots en haar ziel;
          ze schreide om haar man die bij Stalingrad viel;
          ze schreide om haar kind dat gevlucht is die nacht,
          toen men haar voor dood op een hofstede bracht;

          Eutin was het eind van haar vreselijke tocht;
          daar heeft ze voor het laatst haar kindje gezocht.
          Berustend en droef, in verhakkeld gewaad,
          doorpeilde ze alles wat achter haar lag.

          In ‘t weten dat niemand zijn noodlot ontgaat,
          aanhoorde zij ‘t pantsergegrom op de straat…
          Van twijfel ontdaan viel het offer haar licht,
          de helblonde vrouw met het open gezicht.
          Het noodlot heeft streng zijn beschikking voltooid-
          Vrouw Griese heeft zich voor een sherman gegooid…

          Vrouw Griese rust vredig na opperste nood:
          in haar werd de vrouw en de moeder gedood.
          En duizenden Grieses in noord en in west
          staan huivrig voor de eigen ballade der pest.

          Ik heb niet het hele gedicht uitgetypt. Normaal zou je het kunnen vinden op google zodat ik er kon naar verwijzen, maar je vindt het daar niet. Dichters met een reukje volgens de goegemeente, vergeet je best. Zelfs in het prestigieuze Gutenberg project worden ze geweerd. Zoek in dat project maar eens naar meesters zoals een Knut Hamsun of een Ferdinand Céline…

  2. Het is ook opvallend dat democratische partijen(sic) en adepten van de mensenrechten geen enkel probleem hebben met dergelijke rode terreur.
    Dit geeft dan ook al een gedacht over wie er werkelijk achter deze rode terreur schuil gaat.
    Een illustratie uit Duitsland :
    http://info.kopp-verlag.de/hintergruende/deutschland/heinz-wilhelm-bertram/der-verfassungsschutz-entlarvt-leipzigs-politische-lenker-als-rote-luegenbarone.html
    08.05.2016
    met citaat :
    “Der Verfassungsschutz entlarvt Leipzigs politische Lenker als rote Lügenbarone
    Heinz-Wilhelm Bertram
    Leipzigs Oberbürgermeister, Polizeipräsident und die Leipziger Volkszeitung (LVZ) haben seit Jahren einen gemeinsamen politischen Feind: den »Rechtsextremisten«. Als solchen verwünschen und bepöbeln sie noch den harmlosesten Konservativen. Der Verfassungsschutzbericht 2015 entlarvt sie jetzt als skrupellose Lügenbarone: 91 Prozent aller politischen Gewalttaten in Leipzig gehen auf das Konto der Linksextremisten! Also auf jene, die sie finanziell und ideologisch füttern. “(=einde citaat). Vooral de laatste zin is veelzeggend.
    Deze “Antifa’s” (in Duitsland en elders) zijn dan ook de “stoottroepen” van de aan de macht zijnde regimes, om de bevolking te intimideren. Het gaat immers niet alleen om “extreem rechts” maar om iedereen die een gevaar vormt voor deze corrupte regimes. Dit gevaar bestaat er dan hoofdzakelijk in om de waarheid te zeggen en te schrijven.

Reacties zijn gesloten.