Alexander Dugin en het moderne Europa: de aftelling

Dugin is een gevaarlijke filosoof, hij staat op een “kill list”. Op 26 augustus was er een moordaanslag waarbij niet hij maar zijn dochter Darya door een autobom gedood werd. Dugin is echter geen politieke activist maar een vakfilosoof die schrijft over de beschavingen van Eurazië en de geopolitiek. Een Russisch-orthodoxe conservatief.

Terug naar de oerkrachten

Is conservatisme achteruit kijken? Volgens Dugin is het de West-Europese moderniteit zelf die steeds sneller terugkeert naar de oudste vormen, de heerschappij van Cybele. Ze is de aarde-godin uit het Nabije Oosten die voortdurend offers vraagt en in ruil haar titanische krachten ontketent. De titanen waren volgens de mythologie de ontaarde wezens die in de onderwereld vastgeketend waren. Als die ooit los geraken, ontstaat er een “war of the worlds“.

Dugin (1960-) heeft al achttien delen uit van “De noömachie”. Daar zit het woord “nous” in en “machie”. “Nous” is Grieks voor het bewustzijn of de mentaliteit van volkeren en beschavingen en “machie” is strijd. Het is een onderdeel van de “noölogie“, de studie van de mentaliteiten. Het gaat hierbij niet enkel om botsend beschavingen maar belangrijker nog om de strijd tussen de verschillende denkvormen in elke beschaving zelf. Hieronder geef ik kort zijn analyse van de moderne Europese beschaving weer. In volgende bijdragen kunnen dan de denkvormen in afzonderlijke landen aan bod komen (VS, Rusland, China, Iran..).

Dugin gebruikt het woord “logos” als synoniem van denkvorm. In de Griekse filosofie betekent “logos” ook rede, wiskundige verhouding. Voor christenen is Christus de Logos. Dugin is echter geen theoloog en gebruikt “logos” als “denkvorm”. Hij ziet drie denkvormen in elke beschaving die in wisselende verhouding voorkomen en meestal in conflict zijn.

U vindt zijn voordrachten op www.paideuma.tv. Er is telkens een video met Engelstalige voice-over en een schriftelijke weergave. Onderaan op de linkpagina vindt u de lijst.

Klik op: Bekijken op YouTube

De apollinische en de dionysische logos

Bij de Indo-Europese volken (vanaf het tweede millennium voor Christus) onderscheidt Dugin de apollinische logos als dominant. Die staat in het teken van de zonnegod, van de verticaliteit, de hiërarchie van de drie standen (priesters, krijgers, handarbeiders). Dat heeft doorgewerkt bij alle Indo-Europeanen van de Indiërs tot de Iraniërs, de Kelten, Grieken, Romeinen en Germanen.

De Chinese beschaving staat in het teken van de tweede logos: de dionysische logos. Dionysus is de bemiddelaar tussen hemel en aarde, hij zorgt voor de groei van de gewassen bovengronds. Na de oogst en het oogstfeest sterft hij als een kiem in de grond om later herboren te worden als nieuw gewas. Dionysus heeft ook invloed gehad in de Thracische, Griekse beschaving enz. Denk aan de Griekse tragedie (bestudeerd door Nietzsche). De dionysische logos is echter in de Indo-Europese culturen niet stabiel, die verkeert soms in zijn donkere dubbel (de titanische krachten van Cybele).

De cybelische logos

Dionysus is niet de kiemkracht zelf. Die berust bij de zwarte aarde. Dat is de cybelische logos. Die werd in de oertijd in verband gebracht met de moedergodin, de Magna Mater, Cybele. De priesters ontmanden zich, dat was hun offer aan Cybele. De vijandschap tegenover Kanaan in het Oude Testament heeft daarmee te maken. De joodse religie zette zich af tegen de vruchtbaarheidsriten en mensenoffers. Dat was hun beschavingsstrijd tegen het dominante cybelische.

Bij Cybele berust de kiemkracht. Maar ze bewaakt ook de schatten van de onderwereld, de ertsen, de energiebronnen. Francis Bacon (1561-1626) , een van de grondleggers van de moderne wetenschap, zegt het duidelijk: “Kennis is macht.” Macht is in de eerste plaats macht over de natuur, je de verborgen schatten toeëigenen desnoods met list of geweld. Daarbij maak je op den duur echter titanische krachten los die ook jou kunnen meesleuren.

Cybele staat dus voor een ontketening van krachten in een steeds dollere versnelling. De oermoeder staat voor vervaging van grenzen en een vervluchtiging van identiteiten van volk, gender maar ook individu, het opgaan in de ongedifferentieerde oerkrachten. Vandaag ben je een man, morgen identificeer je als vrouw. Van de Magna Mater is het woord “materie” afgeleid. “Materialisme” is het sleutelwoord geworden van de moderne periode.

Plato en Aristoteles afgedankt

Voor mij was het verrassend om bij Dugin te horen dat de moderne wetenschap in wezen “cybelisch” is. Plato en Aristoteles zijn voorgoed voorbij. Plato is apollinisch: alles is helder en hiërarchisch opgebouwd. Aristitoteles is apollinisch in zijn “Logica” maar daarnaast ook dionysisch in de “Fysica”: hij zoekt een middenweg tussen zuivere idee en materie. Hij ziet in de dingen “entelechie”, d.w.z. een einddoel dat ze realiseren. Dat is afgedankt. De moderne wetenschap negeert doelen, niets heeft nog een doel, er is enkel nog het determinisme van de oorzaken.

Het cybelisch evolutionisme

Laatste element van Cybele is het mechanische evolutionisme. Dat gaat terug op de gnosticisten van Alexandrië (1ste eeuw). Het duikt soms op in de Middeleeuwen maar is modieus geworden in de Italiaanse Renaissance, de zogenaamde platonische academiën bv. in het katholieke Firenze in 1450. Daarbij gaat het niet om Plato maar om de neoplatonisten en gnosticisten (1ste en 2de eeuw). 1450 is nog ruim tachtig jaar voor de Reformatie.

Het protestantisme is volgens Dugin mogelijk geworden doordat de “vierde stand” zich onafhankelijk gemaakt had van de andere drie standen van de Indo-Europese beschaving. De vierde stand zijn de “burgers“, d.w.z. de bewoners van de “burg” of het omwalde stadsdeel. Bij de explosieve groei van de steden gaan de burgers zich individualistisch gedragen en het evolutionisme sluit aan bij hun steeds abstracter wordende bezigheden: van gewone handel met materiële dingen naar geldhandel en speculatie zodra de rem op woeker (in de Middeleeuwen een hoofdzonde) verdwenen was.

Volgens Dugin is Europa in de moderne periode door en door cybelisch geworden. Het apollinische en dionysische is verdrongen. Europa heeft een lus gemaakt en keert terug naar de oertijd. Pausen als Leo XIII (1810-1903) en Pius X (1835-1914) hadden dat in hun encyclieken over het modernisme ook gezegd. Het modernisme is een terugkeer naar het aloude gnosticisme. De mens wil zelf god zijn en de schepping naar zijn / haar hand herscheppen. Nu is het modernisme diep doorgedrongen in de katholieke kerk in Europa, Noord-Amerika, Zuid-Amerika (bevrijdingstheologie) maar minder in Afrika en Azië. Het transhumanisme is de volgende stap: “Homo deus(mens god) heet het bekendste boek van Yuval Harari, de mentor van Klaus Schwab (WEF).

Introduction to Noomakhia: Noological analysis of Modernity [Lecture 8] – Alexander Dugin | Paideuma.tv

De aftelling…

Volgens Google ingenieur Kurzweil is de aftelling goed bezig. Tegen 2050 is de nieuwe soort, de “transhumane” post-mens, volledig ingeplant en wordt die dominant.

ondertiteling, vertaling en geschreven tekst via icoontjes onderaan

De moderne wetenschap is door en door cybelisch en materialistisch. Het transhumanisme is bovendien nihilistisch: alle identiteiten vervagen, vervluchtigen en worden naar believen in andere vormen weer samengesteld. De generatie die nu volwassen is geworden (twintigers), is misschien de laatste die nog eigen keuzes zal kunnen maken. Na hen komt wellicht de mens-machine, de post-mens. Een aantal post-mensen zullen langer leven, schijnbaar eindeloos naar onze maatstaven.  Maar ze zullen niet meer zijn dan telkens opgelapte fysieke machines geprogrammeerd door eindeloos up te loaden hersenupdates.

Of komt er een great awakening die de great reset kan keren? Godsdienstonderzoekers als René Guénon schreven al 100 jaar geleden in “La crise du monde moderne” (1927) dat er meer dan ooit een spirituele elite nodig is om het tij te helpen keren. Die is in Europa ver te zoeken in de kerken en daarbuiten. De hedendaagse “new age” is verkapt evolutionisme, zoals Guénon toen al opmerkte. We zijn honderd jaar verder dan Guénon en de zandloper loopt uit. Andere beschavingen zijn ondertussen ook geïnfecteerd. Kunnen zij nog krachten putten uit hun religieuze en culturele erfenis en het tij keren?

Tenax