FDW:” ‘Oppositie voeren omdat het moet,…

… deelnemen aan het beleid als het kan!’

Exact veertig jaar geleden werd de Antwerpse afdeling van wat het toenmalige Vlaams Blok boven de doopvont gehouden. Filip Dewinter — toen nog een broekje van 19 — was er van bij het prille begin bij, maar noch zijn partij noch hijzelf konden hun electorale kapitaal ooit echt verzilveren. Dewinter wanhoopt evenwel niet. ‘Misschien zijn we iets te lang zuiver in de leer gebleven, maar deelname aan de macht komt nu echt wel dichtbij.’

Vier decennia hoofdrol

Het is niet alle nieuwbakken partijen gegeven: toen het Vlaams Blok bij de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 1982 voor het eerst een aantal lokale lijsten indiende, kaapte de partij in Antwerpen meteen 5,2 procent van de stemmen en twee gemeenteraadszetels weg. Zes jaar later al volgde de echte electorale dijkbreuk. Het Vlaams Blok behaalde in de metropool ruim 17 procent en werd er prompt de derde grootste partij.

De inbreng en de politieke meerwaarde van Filip Dewinter in de opgang van de partij kunnen wellicht moeilijk overschat worden. De Bruggeling, die als 19-jarige naar Antwerpen verhuisd was, werd in 1987 als piepjonge neofiet al tot Kamerlid verkozen. Net geen 35 jaar later is Dewinter Vlaams parlementslid en ondervoorziter van het Vlaams parlement. Maar zowel in Antwerpen als op nationaal niveau heeft hij afstand gedaan van zijn mandaten in de partij. En hoewel hij de voorbije vier decennia een absolute hoofdrol speelde op de binnenlandse politieke scene, heeft de intussen 58-jarige politieke veteraan nooit één uitvoerend politiek mandaat bekleed. ‘Ik heb daar vrede mee. Onze generatie heeft de voorbije decennia mee het pad geëffend. Ik maak me sterk dat de jonge generatie binnen de partij binnenkort zal kunnen oogsten.’

Antwerpen was op dat moment het mekka van het Vlaams-nationalisme

Waarom bent u indertijd van Brugge naar Antwerpen verhuisd?

‘Antwerpen was op dat moment het mekka van het Vlaams-nationalisme. De politieke microbe had me als zestienjarige al te pakken — ik was toen al voorzitter van een scholierenvereniging. En ik zou ook in Antwerpen gaan studeren. Ik kon daar bij mijn tante op kot, en heb dus het nuttige aan het aangename gekoppeld (lacht).’

‘We hebben nooit macht gehad maar wel heel veel invloed’

U bent intussen ruim 35 jaar actief in de nationale politiek. In al die decennia heeft u nooit één uitvoerend mandaat kunnen bekleden. Dat kan bezwaarlijk een succes worden genoemd?

‘We hebben nooit echte macht gehad, maar we hebben wel gigantisch veel invloed gehad.’

Volstaat dit dan, als u vandaag de balans moet opmaken?

‘Je zal me niet horen beweren dat je moet kiezen tussen het ene of het andere. Maar het is in de politiek een beetje zoals in judo: je moet van de aanval van je tegenstander je beste verdediging maken. Als men je in de oppositie dwingt, dan is daar niets fout mee.’

‘Dit probeer ik vandaag ook mee te geven aan de jongere generaties in mijn partij: ook in het voeren van oppositie kan je uitmunten. Sterker nog: ik heb de indruk dat we bij momenten vanuit de oppositie veel meer macht hadden dan we in de meerderheid ooit zouden hebben gehad. Kijk daarvoor ook naar de Volksunie. Die partij woog veel zwaarder als zweeppartij dan toen ze na het Egmontpact mee in de regering zat.’

Wanneer is het bij u beginnen te dagen dat uzelf nooit echt mee aan de knoppen zou zitten?

‘Ik heb die ambitie gehad tot en met de gemeenteraadsverkiezingen in Antwerpen van 2006, en misschien ook nog even daarna. Natuurlijk streeft elke politicus naar die macht, daar moeten we niet flauw over doen. Maar als het niet lukt, is dat geen schande. En gaandeweg heb ik geleerd dat je je als politicus ook bijzonder nuttig kan maken vanuit de oppositie.’‘Ik ben niet bereid om water in de wijn te doen tot er nog enkel waterdruppel verblijft’

‘Op een bepaald moment heb ik beseft dat de macht mij niet meer zou overkomen, om uiteenlopende redenen. Enerzijds omdat ik misschien te verbrand was. Anderzijds omdat ikzelf ook niet langer bereid was om zoveel water bij de wijn te doen dat er nog amper wijn overschoot.’

Vond u zichzelf ook te verbrand?

‘Ikzelf en mijn generatie binnen het Vlaams Belang hebben jarenlang als ijsbreker gefungeerd. We hebben een aantal ideeën bespreekbaar en op termijn ook aanvaardbaar gemaakt. Het zeventigpuntenplan was daarvan het bekendste voorbeeld. Heel veel punten daaruit werden toen als schokkend ervaren, maar intussen zijn tal van onze ideeën niet enkel mainstream geworden maar vaak ook door andere partijen gerealiseerd. Ik heb politiek vaak slaag gekregen, maar intussen heb ik net zo vaak ook gelijk gekregen. Alleen: men zal het je nooit zeggen. Anderen steken de pluimen daarvan dan vrolijk op de eigen hoed.’

In mijn ogen was het zeventigpuntenplan toch vooral de stok om de hond te slaan

Zou u het, met wat u nu weet, opnieuw zo aanpakken? Het zeventigpuntenplan heeft uw partij ook jarenlang tot een politieke paria gedegradeerd.

‘Voor alle duidelijkheid: al flink wat jaren voor de lancering daarvan heeft men ons politiek al buitenspel trachten te zetten via het cordon sanitaire. (cordon sanitaire dateert van 1987, 70 ptn-plan van 1991) Uit angst dat we hier en daar lokaal zouden deelnemen aan de macht. In mijn ogen was het zeventigpuntenplan toch vooral de stok om de hond te slaan.’

‘Buiten de politieke orde, los van het establishment’

‘Maar jawel, ik blijf er van overtuigd dat het in die periode van ons bestaan noodzakelijk was. We zouden nooit zo succesvol de rol van zweeppartij hebben kunnen opnemen, als we toen niet zo uitdrukkelijk de rol van anti-establishment partij hadden opgenomen. Vergeet niet dat wij als communautaire partij toen echt uit het niets kwamen, opgericht uit verzet tegen het falen van de Volksunie. Voor een rechtse, identitaire partij was de sterke focus op het migratiethema een logisch voortvloeisel daarvan.’

Moest u zich dan als partij echt zo nadrukkelijk buiten de bestaande politieke orde plaatsen om impact te hebben?

‘Ik vind dat niet zo vreemd. Die politieke orde was toen zo verrot dat we ons radicaal van het bestaande establishment moesten onderscheiden. Enkel zo konden we scoren bij de publieke opinie en het verschil maken. En let wel: die analyse van toen houdt ook vandaag nog altijd deels steek. Als wij nu net iets meer water bij de wijn kunnen doen, dan hebben we dat grotendeels te danken aan het imago dat we de voorbije veertig jaar hebben opgebouwd. Figuren zoals ikzelf zijn belangrijk om het electoraat dat we de voorbije jaren verzamelden ook nu nog aan boord te houden en hun vertrouwen niet te beschamen.’

Oppositie voeren als het moet, deelnemen aan het beleid als het kan. U beschaamt hun vertrouwen toch net zo goed door keer op keer hun stem te vragen maar zelf nooit mee aan de macht te komen?

‘De jongere generatie binnen de partij heeft nu uitdrukkelijk wél de betrachting om deel te nemen aan het beleid. Ik begrijp dat ook, en denk dat we daar in deze fase ook naar moeten streven. Maar tegelijk mag het niet ons enige, zaligmakende doel zijn. De andere partijen zouden ons daarvoor een torenhoge prijs doen betalen, waarna we er ook keihard op afgerekend zullen worden. Oppositie voeren als het moet, deelnemen aan het beleid als het kan, dat moet het leidmotief zijn. En jawel: het cordon sanitaire heeft de polarisering in de hand gewerkt. Daar zijn wij electoraal niet slechter van geworden.’

‘N-VA is verveld tot machtspartij’ Uzelf heeft er in Antwerpen nochtans alles aan gedaan om de sjerp te bemachtigen, maar finaal heeft u er de weg geplaveid voor Bart De Wever. Dat moest toch bijzonder wrang zijn?

‘Dat smaakte zuur, absoluut. Maar persoonlijk til ik veel zwaarder aan de beslissing van De Wever om na de vorige gemeenteraadsverkiezingen in Antwerpen opnieuw met de socialisten in zee te gaan. Het was in grote mate onze verdienste dat zij daar na zestig jaar van de macht verdreven werden.’

Misschien heeft de N-VA het spel dan gewoon slimmer gespeeld, en is die partij net het beste bewijs dat je als relatief jonge partij niet enkel snel kan doorgroeien maar vervolgens ook effectief aan de macht kan komen?

‘De N-VA is in ijltempo verveld tot een machtspartij. Net het feit dat de partij de ooit zo verfoeide socialisten, die men in 2012 in Antwerpen met veel tromgeroffel naar de uitgang begeleid had, in 2018 opnieuw heeft binnengehaald illustreert dit ook. De partij moet er nu een pijnlijke spreidstand uitvoeren om een centrumbeleid te voeren en iedereen aan boord te houden.’

‘De EU is voor Francken en co een alibi om het immigratiebeleid niet fundamenteel te veranderen. In Hongarije en Polen bewijzen ze dat het anders kan.’‘Hetzelfde zagen we de voorbije jaren op federaal niveau. Theo Francken heeft het migratiebeleid hier en daar wel wat opgesmukt, maar fundamenteel is er niet zoveel veranderd. Hij verdedigt zich dan door te zeggen dat hij op allerlei Europese regels botst. Maar landen als Polen en Hongarije bewijzen intussen wel dat je wel degelijk een stuk verder kan gaan. Zij gebruiken de EU niet als alibi, maar durven de confrontatie aan te gaan.’

Struikelblok voor machtsdeelname?U haalde daarnet al aan dat de jongere generatie binnen uw partij wél mee aan de macht wilt komen. In welke mate bent uzelf het grootste struikelblok daarvoor?

‘Ik hoor dat vaak, maar vergis u niet: nogal wat mensen binnen het Vlaams Belang beschouwen mij net als een garantie dat er niet té veel water bij de wijn wordt gedaan. Ik heb me sinds de laatste verkiezingen bewust op de achtergrond gehouden, omdat ik vind dat voorzitter Tom Van Grieken alle kansen moet krijgen. Ik zit niet langer in het partijbestuur, en ben nog enkel parlementslid en gemeenteraadslid.’

Hier en daar wordt gefluisterd dat u die beslissingen ook onder lichte druk genomen hebt?

‘Nee, dat klopt niet. Ik vond dat ik, na de stevige nederlaag die we geleden hadden in 2014 en die ook min of meer in de sterren geschreven stond, die stap ook moest zetten.’

Het cordon sanitaire is heel lang onze levensverzekering gebleken, maar op een goede dag zouden we daar ook het slachtoffer van worden.

Geen enkele partij kan veertig jaar aan een stuk verkiezingen blijven winnen. Maar hebben jullie niet te lang volhard in de boosheid? Te lang het spel heel hard gespeeld?

‘Misschien hebben we te lang te zuiver in de leer willen blijven. Maar eigenlijk is uitgekomen wat stichter Karel Dillen ooit al voorspeld had. Het cordon sanitaire is heel lang onze levensverzekering gebleken, maar op een goede dag zouden we daar ook het slachtoffer van worden. En zie, nu we het electoraal opnieuw beter doen en ook in de peilingen hoog scoren, doet men er alles aan om ons opnieuw stevig in die extreemrechtse verdomhoek te duwen.’

Sociale media tweesnijdend zwaard De fratsen van iemand als Dries Van Langenhove maken het jullie politieke tegenstanders ook niet overdreven moeilijk?

‘Ik denk dat vooral de sociale media daar aardig toe bijdragen. En toegegeven, de jongste generatie maakt daar iets minder selectief gebruik van dan soms wenselijk zou zijn. Wat meer voorzichtigheid op dat vlak zou niet slecht zijn.’

Bepaalde uitspraken of daden blijven verwerpelijk, ook als ze niet uitvergroot zouden zijn in de sociale media?

‘Ik bekijk dat tegenwoordig met de nodige meewarigheid. Maar jonge politici zouden een stuk voorzichtiger moeten zijn als ze met dit toestel (neemt zijn smartphone in de hand, nvda) communiceren. Sociale media worden nu ook ingezet als een wapen tegen onze partij, en daaruit moeten we de juiste lessen trekken.’

Zelftwijfel. Uzelf bent dertig jaar weggezet als de bad guy van het Vlaams Belang, al heeft u daar zelf uiteraard ook toe bijgedragen. Begon dat na al die jaren nooit door te wegen?

‘Ik heb lange tijd gevochten tegen dat etiket van de “meest rechtse van de club”. Maar intussen heb ik ingezien dat dit toch niet werkt. Ik verkies nu gewoon trouw te blijven aan mijn imago, dat heeft dan tenminste het voordeel van de duidelijkheid. Ik ben op een leeftijd gekomen dat ik ook niet langer de nood voel om me daar nog tegen te verzetten.’

Zijn er dan nooit momenten geweest dat u zelf ook twijfelde aan de gekozen strategie?

‘Toch wel. Als politicus moet je jezelf constant in twijfel blijven trekken. Maar laat me ook duidelijk zijn: in de politiek is er maar één ding dat telt, verkiezingen winnen. Deelnemen aan de macht en vervolgens electoraal afgestraft worden, daar win je op termijn niets mee.’

Het bilan na veertig jaar. Als u nu terugblikt op 40 jaar Vlaams Belang, wat is dan jullie belangrijkste politieke realisatie?

‘Onze grootste verdienste is ongetwijfeld dat we er als rechtse, Vlaamse-nationale partij in geslaagd zijn om heel veel traditioneel linkse kiezers naar het rechtse kamp te lokken. Meer nog: we hebben een groot deel van het arbeiderselectoraat dat al decennialang links stemde ook echt aan aan ons kunnen binden.’

‘Het migratieverhaal was daarin beslissend. Die kiezers woonden in verpauperde buurten en verloren bij bosjes hun jobs aan goedkope werkkrachten. Eerst uit Turkije en Noord-Afrika, later ook uit Oost-Europa. En de linkse partijen kozen vrolijk voor de multiculturele maatschappij en voor de zgn “nieuwe Vlamingen” die het nieuwe kies er van links zijn geworden. In plaats van op te komen voor de belangen van hun eigen trouwe electoraat.’

Je moet je kiezers ook opvoeden… Hoeveel van die ooit linkse kiezers liggen echt wakker van jullie allereerste programmapunt, Vlaamse onafhankelijkheid?

‘Kijk, je kan ons veel verwijten maar zeker niet dat we dit programmapunt ooit onder de mat zouden hebben geschoven. Wie voor ons kiest, weet dat hij ook daarvoor stemt. Los daarvan: je moet je kiezers ook opvoeden. Eens ze in je invloedssfeer zitten, kan je hen ook aan de rest van je programma binden. Maar eerst moet je hen overhalen op basis van een aantal speerpunten die voor hen heel belangrijk zijn. We hebben dat Vlaams-nationalisme dus ook een sociale dimensie gegeven.’

Leveren jullie op dat vlak en naar die kiezers toe toch vooral geen schijngevecht? De legale arbeidsmigratie uit Noord-Afrika mag dan al fors afgenomen zijn, anno 2021 zijn het de werkkrachten uit Roemenië of Oekraïne die — al dan niet legaal — even massaal naar hier worden gehaald. Wat hebben jullie voor dat electoraat dan echt kunnen betekenen?

‘De vraag is in mijn ogen vooral: mochten de rechtse partijen in Europa zich de voorbije jaren niet stevig hebben verzet tegen die migratie, hoe zouden de kaarten dan vandaag liggen? Het is altijd bijzonder lastig om de politieke impact van je electorale kracht te meten, maar ik vrees toch de migratiegolf dan nog een stuk groter zou zijn geweest. Wij zijn de stem van dat deel van de bevolking dat niet gehoord wordt.’

‘N-VA is niet onze vijand, hoogstens onze electorale concurrent.’

Als we de peilingen mogen geloven, dan zouden Vlaams Belang en N-VA in 2024 wel eens een meerderheid kunnen halen in het Vlaams parlement. Wenkt dan eindelijk ook de echte politieke macht?

‘Ik zie twee grote struikelblokken daarvoor: Bart De Wever en wellicht ook ikzelf, inderdaad. N-VA gebruikt me nu al jaren als alibi om niet samen te werken. Maar als ik het niet ben zal wel iemand anders de gebeten hond zijn: Dries Van Langenhove, Sam Van Rooy, Filip Brusselmans.. De Wever zit deels nog vast in zijn eigen onverwerkte politieke verleden. En ook een handvol mensen uit zijn directe omgeving hebben een stevige afkeer van mijn partij.’

‘Maar tegelijk heb ik het gevoel dat er binnen de N-VA heel wat mensen zijn die wél met ons in zee zouden willen gaan. Al houden zij zich uiteraard wel gedeisd zolang De Wever de touwtjes nog stevig in handen heeft. Maar voor een goed begrip: ik betreur dat eeuwige gehakketak tussen N-VA en Vlaams Belang. Die mensen zijn hoogstens mijn electorale concurrenten, het zijn niet mijn ideologische vijanden. Ook De Wever niet.’

‘Er wordt veel gezegd voor de galerij, maar ik denk niet dat beide partijen zeven maanden nodig zouden hebben om tot een politiek akkoord te komen. En 2024 zou op dat vlak inderdaad wel eens een echt sleuteljaar kunnen worden. De sterren staan wat mij betreft nu beter dan ooit tevoren.’

‘Deelnemen aan de macht heeft maar zin als we ons doel kunnen bereiken: Vlaamse onafhankelijheid realiseren!’

Hoor ik u dan zeggen: als er een aflossing van de macht komt bij N-VA en als de oudere generatie ook bij het Vlaams Belang afhaakt, dan ontstaat er een totaal nieuwe politieke situatie in Vlaanderen?

‘Inderdaad, daar ben ik rotsvast van overtuigd. Politici hanteren als politiek referentiekader in eerste instantie dat van hun eigen politieke carrière, maar die duurt almaar minder lang. Zelfs als die — zoals in mijn geval — veertig jaar duurt, is zo’n periode niet meer dan een detail in de geschiedenis van een land.’

‘Als oppositiepoliticus heb ik toch vooral geleerd dat je afstand moet durven nemen, en het langetermijnperspectief voor ogen houden. Als ik zie vanwaar wij komen, van één volksvertegenwoordiger begin jaren 80 tot de politieke macht die we nu hebben, dan hebben wij in vier decennia gigantisch veel gerealiseerd. De laatste stap moet nog gezet worden, maar die komt wel steeds dichterbij.’

Dat doel is de Vlaamse onafhankelijkheid‘

Maar we mogen nooit uit het oog verliezen dat die stap, de deelname aan de macht, enkel maar zinvol is als we daarmee ook ons politieke doel kunnen bereiken. Dat doel is de Vlaamse onafhankelijkheid. Dat is natuurlijk een absoluut horrorscenario voor de traditionele politieke partijen en voor de unitaire krachten in dit land. Dit is meteen ook de voornaamste reden waarom wij nog altijd als paria’s behandeld worden.’

Bent u bereid uw eigen politieke toekomst ondergeschikt te maken aan het belang van uw partij?

‘Absoluut, dat doe ik toch nu al? Ik houd me netjes op de achtergrond. Al zal ik niet ontkennen dat ik mezelf deels heb moeten heruitvinden na al die jaren. Dit was niet altijd even eenvoudig. Intussen blijf ik natuurlijk wel mijn rol spelen, al was het maar omdat een bepaald gedeelte van onze kiezers dat ook verwacht.’

‘Wij hebben nu eenmaal verschillende kiezersgroepen, en naarmate je als partij groeit, wordt het ook lastiger om die allemaal aan de partij te blijven binden. Dat is een lastige oefening. Maar niet onmogelijk als de partijleiding sterk genoeg is. En ik denk dat Tom Van Grieken vandaag de juiste man op de juiste plaats is. Mocht mijn persoontje ooit in de weg staan van welke coalitie dan ook, dan pak ik hier binnen het uur mijn biezen.’

Opgetekend door Filip Michiels voor Doorbraak.

Lees ook: de Antwerpse Volksgazet

2 gedachten over “FDW:” ‘Oppositie voeren omdat het moet,…

  1. Van bij mijn eerste kennismaking met Filip in Evergem ben ik er rotsvast van overtuigt dat hij na Karel Dillen de man is geweest die het Vlaams(BLOK)Belang een smoel heeft gegeven. De inzet, de intelligentie waarmee hij dit alles heeft gedaan is overweldigend. Tom Van Grieken heeft dit ook ingezien en zal Filip nooit laten vallen omdat hij de enorme verdiensten van Filip weet te waarderen. Zijn streven is altijd geweest De Vlaamse Onafhankelijkheid zonder toegevingen te doen aan pseudo Vlaamse nationalisten. Ik mag hopen dat ondanks mijn leeftijd ik het mag meemaken dat de Vlaming wakker word in een land die het zijne is ; Vrij en zelfstandig.

Reacties zijn gesloten.