Is Mohamed Talhaoui misschien op zoek naar een partij als het Vlaams Belang?

Wij volgen het reilen en zeilen van de Vlaamse Beweging op de voet.  In Doorbraak verscheen er een artikel van de hand van Mohamed Talhaoui “Links Vlaanderen spreidt het bedje voor de N-VA”.  U kan het hier lezen.Gerolf Annemans geeft hem repliek.

Gezocht en gevonden: republikeinse volkspartij

Met de grootste belangstelling heb ik het opiniestuk van Mohamed Talhaoui gelezen.

En raar maar waar: een aantal punten van zijn analyse zouden zo uit onze webstek kunnen geplukt zijn. Inderdaad blijft links verkrampt plakken aan de Belgitude en wordt zo een conservatief, systeemondersteunend kartel in Vlaanderen, met S.PA en Groen! in de hoofdrol.  Het is al jaren een bron van hilariteit binnen de brede Vlaamse beweging. En jawel, samen met ons stelt Mohamed Talhaoui, die zijn carrière ooit begon als VLD-politicus,  vast dat de N-VA gekozen heeft voor een donkerblauwe liberale koers. Dat geeft het voordeel van de duidelijkheid: de gewone Vlaming, die niets met de beurs van doen heeft en gewoon schrik heeft voor zijn job of zijn pensioen, heeft – laat ons zeggen- in de partij van Bart De Wever eigenlijk niet veel te zoeken. En zeker, er is ruimte in Vlaanderen voor een partij met een sterk sociaal profiel binnen een autonomistisch, republikeins perspectief. Die partij bestaat ook, alleen heeft Mohamed Talhaoui dat niet opgemerkt, omdat zijn analyse, met alle respect, door een aantal politiek-correcte clichés wordt bezwaard.

Vooral het links/rechts-antagonisme speelt hem parten. Waarbij links, – ik neem aan: zijn positie -, uiteraard staat voor het sympathieke, progressieve, democratische, emancipatorische project, en rechts voor alles wat dat project belemmert, the Empire of Evil. Het gaat dus veeleer om etiketten en stigma’s, met vooral de term extreem-rechts als uitsmijter en vloekwoord, meer bepaald in de richting van mijn partij. Maar waar staan die termen concreet voor? Niemand weet het nog. De geschiedenis en de feiten vertellen een ander verhaal, vandaar de lichte consternatie in de persoon van Mohamed Talhaoui.

Assemblée Nationale

De links-rechts-tegenstelling, zoals hij ongetwijfeld weet, stamt uit de periode van de Franse Revolutie, waar in de Assemblée Nationale de koningsgezinden rechts van de voorzitter zaten, en de rebellen, de tegenstanders van het Ancien Régime, links. Tot die fractie behoorden onder de meer de republikeinen en de volksnationalisten. Wel, wij zijn het dus beide: volksnationalist en republikein. Het Vlaams Belang zou toen zeker links gezeteld hebben, en de socialisten en groenen van vandaag rechts. Ideologisch ongemak, Mohamed?

Inderdaad, een linkerzijde die een Belgicistisch status-quo verdedigt, inclusief de monarchie, de machtspositie van de vakbonden en hun betrokkenheid in het financieel-speculatieve netwerk, inclusief de Europese vrijemarktcultus,- in hoeverre is die nog links?  Anderzijds, een partij als het Vlaams Belang, die gaat voor méér democratie, een Vlaamse republiek onder een presidentieel regime, met sterke sociale accenten, en zeer kritisch is voor een religieuze ideologie die de vrouw onderdrukt en homo’s verbanvloekt – in hoeverre zou die partij anti-emancipatorisch of, godbetert, ondemocratisch wezen?

Om het hem, en heel de Vlaams-Belgische linkerzijde nog moeilijker te maken, vaart het Vlaams Belang momenteel een koers die sterk gericht is op de sociale thema’s. Wij hebben ons altijd opgesteld als partij van de kleine man of vrouw en sinds een jaar of vijf gaan wij ook expliciet voor een zorgzame, solidaire samenleving met een sterk sociaal vangnet, uiteraard mits het elimineren van misbruiken, fraude en de onduidelijke en ongelimiteerde transfers naar altijd hetzelfde zuidelijke landsdeel. Het word-rijk-flamingantisme is aan ons niet besteed. Daarin verschillen we wezenlijk van de N-VA. Toch is onze sociale filosofie op haar beurt verschillend van de klassieke linkse recepten- en hier speelt weerom het gedateerde denkkader van Mohamed Talhaoui hem parten.

Bewegingen als de Arabische lente, die bij de heer Talhaoui toch een belletje moeten doen rinkelen, laten (onafgezien van allerlei andere manipulaties) zowel emancipatiedrang als volksnationalisme ongegeneerd samengaan. De sterke vervreemding (een woord nota bene met marxistische wortels) die is opgetreden met de opkomst van de global village, het gevoel van ontworteling en onveiligheid, doet mensen terug verlangen naar een vaste stek, noem het maar een nestwarmte waar we elkaar herkennen rond gedeelde waarden en normen, om het woord identiteit niet te moeten gebruiken. Is dat conservatief? Rechts? Etiketten kunnen me eerlijk gezegd weinig boeien. De essentie zelf wél. Zoals Mohamed Talhaoui houdt aan zijn Berberse identiteit, zo houden wij aan onze Vlaamse. Met dien verstande dat het Vlaams Belang dit land als een stuk Europese cultuurruimte beschouwt, met een beschaving die zichzelf wenst te respecteren. Mag het nog?

Vast staat dat de klassieke linkerzijde in Vlaanderen die behoefte aan plek en stek blijft negeren en dus ook daarom de autonomistische trein mist. Het Vlaams Belang erkent die behoefte aan een thuisgevoel en sociale cohesie wél als reëel en authentiek. En het is ook op dat niveau dat solidariteit primair moet georganiseerd worden: het niveau waarop mensen zich met elkaar verbonden voelen. Voor ons is dat het Vlaamse niveau. Geen regio, geen deelstaat, maar een volwaardige republiek, begrepen als Res Publica, een vrije én solidaire burgergemeenschap met een goed evenwicht van rechten en plechten. Zowaar het sociaal contract van de Verlichtingsfilosofen dus. De vraag, welke plaats het Vlaams Belang in die republiek voorbehoudt aan allochtonen en niet-Europese inwijkelingen, verdient een duidelijk antwoord, en is rechtstreeks op J.J. Rousseau geïnspireerd: wij zijn voor een pluralistische democratie, die grondwettelijk haar basiswaarden heeft verankerd waaraan niet te tornen valt. Zoals daar zijn: vrijheid van meningsuiting en pers, gelijkheid van man en vrouw, godsdienst als een strikte privé-zaak in een lekenstaat. Een leidcultuur dus, laten we maar een kat een kat noemen.

Weerom: is dat nu links of rechts? Ik laat de heer Talhaoui er rustig verder over mediteren. De vraag is voor het Vlaams Belang zelfs niet relevant en waarschijnlijk ook niet voor de zes miljoen Vlamingen. Die liggen wel wakker van de crisis, de uit de pan swingende criminaliteit door de open grenzen en het groeiende moslimextremisme. We moeten niet ver gaan zoeken, de feiten en cijfers waaien ons dagelijks tegemoet. Uit het recente onderzoek, uitgevoerd door de Gazet van Antwerpen, blijkt dat één tiende van de moslimjongeren ronduit met het islamextremisme sympathiseert. 25% heeft de lokale Imam al haatpreken tegen de Westerse samenleving horen geven. En in Boston blijken de daders van de aanslag uit een moslimextremistische hoek te komen. Dat betekent dat er wel degelijk een probleem is, zoals het Vlaams Belang al decennia aankaart. En dat een zogenaamd multiculturele samenleving, die levenskansen geeft aan extremistische subculturen, op langere termijn haar eigen graf graaft. Dit werkt gewoon niet.

Identitair verhaal

Het Vlaams Belang is sociaal vooruitstrevend, zoals uit ons congres van 2 juni e.k. zal blijken, én institutioneel revolutionair: wij durven als enige partij dat woord nog te gebruiken. Maar het naïeve multiculturalisme van de jaren ’80 en ’90 van vorige eeuw is geen optie meer, dat begint nu zelfs bij de linkerzijde door te dringen, zie o.m. de columns van Groen-ideoloog Luckas vander Taelen.

De zoektocht naar onafhankelijkheid en de eis tot sociale rechtvaardigheid zal dus, wat ons betreft, gepaard gaan met een identitair verhaal (wie zijn we, waar staan we voor?) én met een grondwettelijk debat (wat voor samenleving willen we? Met welke grondwaarden?). Links heeft hier bij voorbaat forfait gegeven, dat is dan haar probleem, en terecht ook de ergernis van Mohamed Talhaoui. De metapolitieke agenda van de Vlaamse Beweging is nochtans duidelijk: N-VA en Vlaams Belang komen hopelijk op het historische momentum tot één front, maar nadien, eens de onafhankelijkheid bereikt, vervullen ze in die Vlaamse natie een eigen, specifieke rol.

Die profilering is nu reeds aan de gang en dat is een goede zaak. Terwijl het linkse politiek establishment in Vlaanderen zich hopeloos vast rijdt in de Belgicistische logica (en wie zijn wij om hen tegen te houden?) worden vandaag de krijtlijnen uitgezet van een politiek landschap, eens Vlaanderen onafhankelijk is. Daarin heeft de N-VA zich de rol toebedeeld van VOKA-spreekbuis en wat in de tijd van de Volksunie van weleer een dokterspartij  genoemd werd, terwijl het Vlaams Belang uitgaat van de brede volksklasse,  de werknemers, de kleine zelfstandigen, de bescheiden stadsbewoner en waarom niet, de fermette-Vlaming.

Niets belet dan een groepje Trotzkisten, of groene jongens, of gedreven christenen, of voor mijn part zelfs een moslimpartij, om in dat post-Belgische Vlaanderen het politieke spectrum mee kleur te geven: hoe meer zielen, hoe meer vreugd. ‘Een zeer kleurrijk pallet aan politieke oriëntaties’, precies zoals Mohamed Talhaoui het verwoordt . Voor de traditionele partijen van vandaag zie ik, eerlijk gezegd, de toekomst donker in. Het zijn de nieuwe partijen die het DNA zullen leveren van een politieke herverkaveling.

Wie deze nuttige polarisatie vandaag niet bemerkt, is ziende blind. Dat er ‘geen alternatief is voor de ultraliberale lijn van de N-VA’  is dus pertinent onjuist. Alleen wordt het Vlaams Belang als radicale onafhankelijkheidpartij door het Belgische systeem niet gedoogd en dat beschouwen wij, niet gehinderd door een kortetermijn-marketinglogica, als een voordeel.

Als de Mohamed Talhaoui als wetenschapper heel eerlijk en onbevooroordeeld onze politieke geschiedenis van de laatste twintig jaar bekijkt, dan zal hij moeten toegeven dat de termen racisme, ondemocratisch en extreem-rechts pure stigma’s waren, gecreëerd door het Belgisch establishment en op het Vlaams Belang geprent, als staatsgevaarlijke onafhankelijkheidspartij. Er zijn politieke processen tegen ons gevoerd, men heeft Jean-Marie De Decker en nadien de N-VA naar voor geschoven als democratisch alternatief, maar de Vlaamse Beweging, de beweging in Vlaamse richting,  heeft in haar geheel nooit bakzeil gehaald en haar autonomistisch perspectief opgegeven. Dat moet traditioneel-links hoog zitten.

En neen: een stem op het Vlaams Belang is geen verloren stem, maar een krachtig signaal. Dat was in het verleden zo en het zal ook zo in de toekomst zijn. Wij willen de kool en de geit niet sparen en rondjes draaien in een confederalistisch discours zoals de N-VA dat doet, om toch maar de grootste partij te kunnen zijn. Politiek gaat ook over principes, voor ons toch, en over maatschappelijke perspectieven. Over eerlijkheid en radicaliteit, sensibiliseren en overtuigen, niet alleen over marketing en het bestuderen van peilingen. ‘Niet prutsend zoals voorheen, maar daadkrachtig zonder omzien”, ik had het niet beter kunnen zeggen.

Kort samengevat: mogelijk ben ik de voorzitter van de partij waar de Mohamed Talhaoui naar op zoek is. Hij zal het zich misschien anders voorgesteld hebben, maar zo liggen de politieke kaarten, en niet anders. De rest is academisch dagdromen.

Gerolf Annemans, voorzitter Vlaams Belang(30.04.2013)

http://www.doorbraak.be/nl/nieuws/gezocht-en-gevonden-republikeinse-volkspartij